Zondagslied en leerdicht naar de motieven van Invocabit. De vorm is gelijk aan die van het lied van Adam, maar de herhaling in de derde regel geeft er een eigen karakter aan.
tekst: Willem Barnard, De Tale Kanaäns (Amsterdam/Hilversum: Uitgeversmaatschappij Holland/Uitgeverij Paul Brand N.V., 1963), 27.
muziek: Henk Vogel, 2018.
afbeelding: Jaume Huguet, Mozes ontvangt de Tien Geboden, altaarstuk in de kathedraal van Tortosa, 1466-1475
De wind blaast in vier streken,
wie weet waar hij behoort
de wind blaast in vier streken
de tien geboden voort
en vier maal tien is veertig,
het tijdperk van de Geest,
en al die tijd is Mozes
met God alleen geweest
maar Mozes is gestorven
op weg naar Kanaän
en Isrel heeft gezworven
vier maal tien jaren lang.
Elia heeft gelopen
tot hij bij Horeb kwam,
Elia heeft gelopen
vier maal tien dagen lang
en Mozes en Elia
zijn op de berg geweest
waar boven in de hemel
de Geest genesteld is,
maar Jezus is beneden
een lange vastentijd,
maar Jezus is beneden
verzocht in de woestijn
en hier heeft Hij geleden
de wijsheid van de slang
en hier heeft Hij gestreden
vier maal tien dagen lang
en Hij heeft overwonnen
haast zal het Pasen zijn,
dan springen nieuwe bronnen
omhoog in de woestijn.
Dan zullen wij U loven
vier maal tien dagen lang,
dan zullen wij U loven
ons hart in vuur en vlam.