Zondagslied voor het begin van de vasten.
tekst: Willem Barnard, De Tale Kanaäns (Amsterdam/Hilversum: Uitgeversmaatschappij Holland/Uitgeverij Paul Brand N.V., 1963), 23.
muziek: Henk Vogel, 2018 (vrij naar ‘Audi benigne Conditor’)
afbeelding: Pieter Bruegel de Oude, Gevecht tussen carnaval en vasten (detail), 1559.

De schepping die voor ons gesloten was
ontsluit Gij weer, Gij opent onze ogen.
O Zoon van David, wees met ons bewogen,
het vuur van bloed en ziel brandde tot as.
Maar, Heer, de haard van uw aanwezigheid
zal in ons hart een vreugdevuur ontsteken;
Gij waart met ons, Gij zult ons niet ontbreken,
Gij Hogepriester in de eeuwigheid.
Gij onderhoudt de vlam van ons bestaan.
Aan U, o Heer, ontleent het brood zijn leven.
Ons is een loflied in de mond gegeven,
sinds Gij de weg van ’t offer zijt gegaan.